Ans en Frans Jacobs, Frans en Ans Jacobs,
Ans Jacobs, Frans Jacobs, Dorfmann, Wiesenrain, Feldthurns, Velturno, Klausen, Chiusa, Dolomieten, Dolomiten, Dolomiti, Bozen, Bolzano, Brixen, Bressanone,Eisacktal, Isarco, Villnösstal, Teis, Gufidaun, Langkofel, Platkofel, Geislergruppe, Peitlerkofel, Würzjoch, Ütia de Börz, Ütia Vaciara, Ütia de Goma, Kaltern, Kalterersee, St. Michael, St. Paul, Eggental, Karersee, Lago di Carezza, Passo di Castalunga, Karerpass, Vigo di Fassa, Rosengarten, Penserjoch, Marmolada, Kloster Säben, die Gärten von Schloss Trauttmansdorff, Völserweier, Völs am Schlern, Feldthurnerhof, Eislöcher, Brunico
... Hoe dichter we bij Ütia de Börz komen, des te nijpender mijn darmprobleem zich laat voelen. Vanaf de parkeerplaats is het dan ook een noodzaak om mezelf omhoog naar het restaurant te spoeden. Hoewel de aanwijzing naar het toilet eenvoudig is te vinden, blijkt de trap er naar toe, zeker onder deze omstandigheden, een iets minder gemakkelijk te slechten hindernis te zijn. Maar zoals zo vaak is het doel net op tijd bereikt en zo’n tien minuten later zit ik enigszins verlicht naast Ans buiten op het terras aan een inmiddels bestelde cappuccino. |
Ondanks de dreigende wolken om de Peitlerkofel, beginnen Ans en ik aan onze wandeling. Helaas, onze wandeling is van korte duur. Al snel vallen de eerste hagelstenen naar beneden en geselen mijn toch al niet zo behaarde hoofdhuid. Mijn pet geeft enige beschutting en even lopen we nog vastbesloten door. ... |
... Maar nadat de meeste wandelaars rechtsomkeer maken en de Peitlerkofel bijna geheel in de wolken is verdwenen, nemen ook bij ons de twijfels over het slagen van deze missie toe en uiteindelijk zien óók wij af van onze wandeling en maken rechtsomkeer. Zon richting het Pustertal maken een keuze over de verdere invulling van de dag niet moeilijk. Via Antermoia en S. Martino verlaten we de prachtige weg die ons over de Würzjoch voerde en rijden het Gadertal (Val di Badia) in. Net als vijf jaar geleden, worden we óók nu weer via een heel smal, avontuurlijk weggetje omgeleid. Hoewel tweerichtingsverkeer is toegestaan, hopen we geen tegenliggers te ontmoeten; de uitwijkmogelijkheden op deze lange weg kunnen n.l. op de vingers van één hand worden geteld. Uiteindelijk komen we rond kwart over twee met onze Astra aan in Brunico. Tevreden kunnen we vaststellen dat het aantal parkeermogelijkheden beduidend is toegenomen sinds ons laatste bezoek. Onze Astra wordt dan ook geparkeerd in een nieuw aangelegde parkeergarage in het centrum. Een parkeergarage waarvan we de bouw bij ons vorig bezoek nog met argusogen aanzagen. ... |
Over BrunicoBrunico (Bruneck, 835 m; 12.000 inw.) is de hoofdstad en het hart van het Val Pusteria, druk bezocht door vakantiegangers. Hier komen de mensen uit de omgeving inkopen doen en vertrekken bussen naar alle richtingen. Bij het verkeersbureau bij het busstation aan de Via Europa in het centrum is een plattegrond met een interessante stadswandeling te krijgen, evenals een boekje met een groot aantal routes in de wijde omgeving voor wandelaars en fietsers. Woensdags is er markt. Brunico ligt midden in een wijde dalkom, die omringd wordt door bossen en bergen. De hoofdstraat van Brunico, de gezellige Stadtgasse met zijn terrasjes, heeft nog tal van oude karakteristieke huizen. Deze fraaie straat is in zijn geheel gerestaureerd en is nu voetgangersgebied. In een van die huizen moet Michael Pacher (gestorven in 1948) zijn beroemde werken geschapen hebben. Aan de oostzijde staat de Ragentor, een poortgebouw dat toegang geeft tot de Oberragen (of Oberstadt), eveneens een straat met oude huizen (aan de rechterzijde). Op een plein aan het eind van deze straat staat de 19e-eeuwse neoramaanse Pfarrkirche, waarin - op het rechter zijaltaar - een prachtige houten kruisbeeld staat, natuurlijk gemaakt door iemand uit de school van Michael Pacher. Op een hoogte aan de zuidkant van de stad verheft zich het slot Bruneck, dat uit de 13e-16e eeuw stamt en in 1900 ingrijpend werd gerestaureerd. Het kasteel is te bezichtigen. Onder de slotheuvel staat de Rainkirche, een schilderachtig barok bouwwerk met een markante toren. Ten oosten van Brunic takt aan de noordkant van de hoofdweg nr. 49 (bij Villa di Sotto - Unterwielenbach) een landweggetje af dat via het dorpje Vila (Wielenberg) naar het gehucht Platten voert. Dit weggetje kan door regenval moeilijk bereidbaar zijn. Van Platten wandelt u naar het Höllerhof, waar zich een groep aardpiramiden bevindt. Deze groep bizarre, door rotsblokken afgedekte aarden zuilen - hoewel minder bekend dan die op het Renonpateau boven Bolzano - is een zeer illustratief voorbeeld van dit natuurverschijnsel. |
... Nog maar net uit de parkeergarage en de eerste regendruppels dalen op ons neer. We laten ons niet kennen en lopen door de, op dit moment wat lege, hoofdstraat. Als Nederlander is het toch altijd weer wennen om ’s middags in lege winkelstraten te lopen omdat de meeste winkels gesloten zijn. De zon lijkt het toch even te winnen en we laten ons dan ook even later neer ploffen op een van de terrasjes in de hoofdstraat. Wanneer we even later verder lopen, vergeet ik pardoes mijn pet. Dit hulpmiddel is er niet alleen om het weinige haar te verbergen, maar bied meteen de nodige bescherming bij al te hevige zonneschijn; onmisbaar dus.
Al fotograferend lopen Ans en ik verder door de hoofdstraat richting de weg naar slot Bruneck. De weg naar slot Bruneck biedt hier en daar mooie uitzichten over Brunico. De markante, schilderachtige barokke toren van de Rainkirche, die aan de onder de slotheuvel staat, laat zich door de bomen wat moeilijk fotograferen. ... |
... Helaas is het slot gesloten en moeten we het zonder een bezoek doen. We keren derhalve onverichterzake terug naar het centrum. Vanuit het centrum lopen we naar de Ursulinen- of Klosterkirche aan de zuidwestrand van de stad. Deze markante kerk is ook vanaf het slot zo mooi te zien, maar ook het kerkhof achter de kerk is een bezoekje waard. Na het bezoek aan de Ursulinenkerk lopen Ans en ik via een omweg terug naar de parkeergarage. Brunico bleek, nadat we een aantal jaren geleden ons laatste bezoek aan deze stad hadden gebracht, toch weer de moeite van een bezoekje waard; en zeker op een regenachtige dag. We rijden over de Brenner terug en en komen rond acht uur in Feldthurns aan. Ondanks de regen was het toch weer een fijne dag. |
volgende pagina |