Ans en Frans Jacobs, Frans en Ans Jacobs,
Ans Jacobs, Frans Jacobs, Nadelgrat, Graechen, Grächen, Gruber, Rittinen,
Mattmark, Mattmarksee, Mattmarkstuwmeer, Monte Rosamassief, Durfourspitze,
Visp, Täsch, Gornergat, Gornergratbahn, Zermatt, Matterhorn, Mattertal,
Wallis, Valais, Riffelalp, Riffelberg, Rotenboden, Riffelsee, Matterhorngletscher,
Moosalp, Kandersteg, Steg, Goppenstein, kander, Törbel, Embt, Stalden,
Hannigalp, Mattmarksee, Saastal,Stalden, Neubrück, Zermatt, St. Niklaus,
Brig, Visp, Sion, Nufenenpas, Nufenenpass, Airolo, Täsch, Fuxstein Kapelle,
Gornerschlucht, Mittelallalin, Geschinen, Münster, Ulrichen, Gotthardpass, Furkapass, Ausserberg, Alpin Express, Fee Express
Lötschtal, Lötschtaler Höheweg, Lötschtaler Höhenweg, Wiler, Blatten, Fafleralp, Wiler, Blatten, Fafleralp, Lauchernalp, Langgletscher
... Wanneer we in Lauchernalp (2105m) uitstappen, kunnen we meteen genieten van een prachtig uitzicht. In zuidelijke richting is het boven het Rhônedal welliswaar nevelig, maar in de verte is toch de top van de Weisshorn (4505 m) te ontdekken. Maar eerst trakteren we onszelf op een cappuccino met apfelstrudel. Het lange wachten op het appelgebak, wordt door de heerlijke smaak ruimschoots vergoed. Zowel de cappuccino alsook de apfelstrudel smaken geweldig. Echter, de prijs die we voor dit lekkers moeten betalen doet mijn maag bijna keren. Uiteindelijk gaan we op weg. Nou ben ik het met u eens, als u vindt dat wij snel enthousiast zijn. Maar als je van deze weersomstandigheden en het fantastische uitzicht over dit prachtige dal niet enthousiast raakt, dan moet je een ijsberg zijn. Al snel zijn we dan ook als razenden aan het fotograferen. Kees die alles wat hij ziet wil vastleggen op zijn digitale kaartjes, ligt binnen de kortste keren op zijn buik in het gras om op macrostand wat sprinkhanen en bloemen te vereeuwigen. Anita brengt op haar manier te tijd door en loopt al pratend en etend tussen ons in of zit heerlijk op een bankje of steen te genieten van de omgeving. ... |
...Maar ja, we zijn zo’n anderhalf uur onderweg, en als ik dan een bordje tegenkom waarop staat dat er nog twee uur te gaan hebben, dan betekend dit, dat we in anderhalf uur nog maar een half uur loopafstand hebben afgelegd. Tju, hier moet ik verandering in brengen, anders kom ik straks in de problemen. Ik begin dan maar in een, voor mij een marstempo, voorop te lopen. Deze tactiek heb ik al eerder toegepast en werkt altijd. De rest moet wel volgen, al is het alleen maar om mij in de gaten te houden dat ik niet ergens tegen de grond kukel. De vermoeidheid wordt voor mij voelbaar en wanneer ik een bordje tegenkom waar opstaat dat we nog anderhalf uur te gaan hebben, terwijl ik zelf het idee heb dat we al weer een uur gelopen hebben, moet ik toch even m´n broek optrekken, wil deze niet spontaan afzakken. ... |
... Gelukkig heeft de weg een dalende tendens en komen we onder de boomgrens. Had ik onderweg al een aantal hindernissen te overwinnen, de stenen die nu voor mij op de wandelweg liggen zijn ook niet mis. Wanneer plots de wandelweg zich bij een rotsblokkenpassage lijkt te splitsen en wij niet weten welke weg te volgen, gaat Kees rechtsaf en wij volgen met ons drieën de linker route. Anita ziet de bui al aankomen: “Dit is geen pad voor Frans!”. Goede raad is niet duur en Ans gebied mij haar een hand te geven. Eigenwijs als altijd sla ik het goed bedoelde aanbod af. Zelf had ik even daarvoor al opgemerkt dat het lekker gaat en dat het dan oppassen is geblazen omdat ik kort daarop doorgaans tegen de grond aankletter. ... |
... Het duurt dan ook niet lang voordat ik dit prachtige landschap van heel dichtbij mag aanschouwen. Wel trouwe lezer, er zijn twee versies van mijn valpartij. Volgens mijn beleving heeft Ans zich omgedraaid en met haar rugzak tegen mij aangeduwd hetgeen al meerdere keren deze wandeling is geschied en waarschijnlijk een einde aankondigt van onze innige relatie. Haar duw heeft mij uit mijn evenwicht gebracht met een bijna noodlottig ongeval tot gevolg. Ans zegt, dat ze minstens een aantal meters van mij was verwijderd, dat ik eigenwijs als altijd niet wilde luisteren en mijn evenwicht heb verloren. Nu is mijn Ans een betrouwbaar en rechtschapen mens, dus aan haar verhaal behoeft niet te worden getwijfeld, maar toch … |
Ik ga er derhalve maar vanuit dat Ans d’r beleving de juiste is en dat de klap bij mij iets te hard is aangekomen en derhalve een korte geheugenstoring teweeg heeft gebracht. Het feit blijft dat ik bij het overstappen naar een andere steen aan het wankelen ben geraakt. M’n Ans kon ik niet vastpakken en mijn stokken boden te weinig steun. Vervolgens ben ik van de steen afgevallen en mijn ronde vormen hebben er voor gezorgd dat ik verder naar beneden rolde totdat ik met mijn hoofd tegen een steen tot stilstand kwam. Gelukkig is mijn pet over mijn hoofd naar beneden gezakt en heeft als een soort valhelm gefungeerd. De schade aan mijn fraaie hoofd is daardoor beperkt gebleven en mijn haardos niet besmeurt. Terwijl Anita roept dat ik even moet blijven liggen, probeer ik met alle kracht weer omhoog te komen. |
Natuurlijk lukt dat niet en Anita kan met haar ene hand in het verband, als gevolg van haar eerdere val deze vakantie, niet helpen. Ans wel, zij is mijn toeverlaat in goede en slechte tijden en helpt mij op mijn knieën. Zie ik in eerste instantie alles redelijk helder, even later twijfel ik of ik mijn bril nog wel op mijn neus heb. Ik tast mijn gezicht af, maar wat ik niet voel is mijn bril. Meteen gebied ik iedereen om geen stap meer te verzetten. Zonder bril ben ik echt een hulpeloos mens, laat staan dat ik de rest van deze wandeling zonder dit optische hulpmiddel moet voortzetten. Kees wordt ook van het andere pad opgetrommeld en iedereen helpt mee mijn bril te vinden. Ik zie werkelijk geen steek, maar waarschijnlijk toch meer dat die anderen want even later zie ik, terwijl ik letterlijk met mijn neus over de grond scheer, mijn bril voor mijn knieën liggen. Wanneer ik de bril weer opzet, schieten de anderen in de lach en komen niet meer bij. Mijn bril is totaal ontwricht en staat helemaal scheef op mijn hoofd, gelukkig zijn de glazen heel en kunnen we, na een reprimande van Ans mijn richting, onze wandeling vervolgen. Ans kan het niet nalaten om mij te wijzen op mijn eigenwijs gedrag. Ik, op mijn beurt, geef aan dat ik het verslag schrijf, dat het mijn verhaal is en dat ik de buitenwereld wel zal doen geloven dat het haar schuld is; aan u de keus. |
Maar het leven gaat door en onze wandeling duurt nog lang, te lang naar mijn idee. Er lijkt geen einde aan te komen. Aan de hand van Ans of mezelf vasthoudend aan haar rugzak, lopen we verder. Mijn bril zakt telkens scheef over mijn hoofd en met een oog half onder het ene glas doorkijkend en met het andere oog half over het glas, wordt het zicht er niet beter op maar het moet wel een clownesk tafereel zijn, want de anderen schieten met een regelmaat in de lach. Met een regelmaat verstap ik mezelf dan ook en ben ik blij – zelfs na 31 (+ 5) jaren - Ans vast te hebben. Het smalle pad loopt nu sterk af en tussen de bomen door zie ik een paar auto’s staan. Blij roep ik uit dat we bij Fafleralp zijn aangekomen en dat we zo snel mogelijk iets gaan drinken, groot is de teleurstelling dat we nog maar bij Tellialp zijn; de overkant van de kloof kwam me al zo onbekend voor. Wanneer we langs het terras van het restaurant lopen, wend ik mijn gezicht maar af. Stel dat deze mensen denken dat Ans … Bij de brug over het riviertje staat dat we nog één uur te gaan hebben. Voor mij betekent één uur op z’n minst anderhalf uur. Er wordt een rustpauze ingelast, maken foto’s en even later lopen we vol goede moed verder en blijven enthousiast genieten van het uitzicht, wetende dat we vroeg of laat bij Fafleralp aankomen. De rest van de wandeling verloopt toch nog vrij snel en de tijden beginnen nu beter te kloppen. Hoe dichter bij Fafleralp, hoe meer we de tijd nemen om nog wat foto’s te maken van de leuke meertjes die we op het laatste stuk tegenkomen. Uiteindelijk arriveren we met ons vieren bij de parkeerplaats van Fafleralp. Bij de kleine kiosk en imbiss die op de parkeerplaats staat is het goed toeven. De wandelaars die hier nog zitten, enkele daarvan zijn ons (in betere tijden) gepasseerd, kijken mij aan. Ik zie hun denken dat ze het al hadden zien aankomen, maar het blijft bij kijken, de vragende blikken in hun ogen spreken echter boekdelen. Omdat het al over zessen is en de imbiss snel zal sluiten, bestellen we rap voor ieder een goulashsoep. Op het moment dat ik de bestelling plaats, besef ik dat de soep hier toch wel enorm lekker moet zijn omdat we hier tot nu toe elke keer goulashsoep hebben gegeten. Of …, komt het omdat het aanbod beperkt is? Eigenlijk maakt het niet uit, de soep wordt snel klaar gemaakt en laat zich goed smaken. Terwijl de eigenaresse al aan het opruimen is, blijven wij in de ondergaande zon nog even op het terras nagenieten van onze belevenissen. |
Helaas komt ook aan deze dag een einde. Zeker voor Kees en Anita die morgen vertrekken. Een beetje weemoedig lopen we naar onze Astra. In een rustig tempo rijd ik terug naar Wiler waar de Subaru van Kees en Anita is achtergelaten. ’s Avonds is het bij Kees en Anita nog gezellig nakaarten en foto’s kijken. Óók Magda komt nog even langs en het wordt dan al gauw later dan de bedoeling is. Kees en Anita willen de zaterdagmorgen om drie uur opstaan. Voor ons breekt morgen de laatste dag aan. Kijken dat we er nog iets leuks van kunnen maken; missen zullen we die twee. |
volgende pagina |